Mij verwarmend aan de glühwein observeer ik de bezoekers van de kerstmarkt. Jonge gezinnen, ouderen en velen zoals ik er net tussen in, manoeuvrerend tussen de kerststalletjes, meer om te kijken dan om te kopen. Onlangs de drukte een opvallend rustig publiek, geen gejaag en gedrang, geen geschreeuw; zelfs de kerstmuziek is nog te horen. Maar anders dan mijn verwachtingen bij de sfeer van een kerstmarkt zie ik op de gezichten weinig blijdschap. Sommigen hebben harde trekken, anderen lijken dodelijk vermoeid en weer anderen strak vriendelijk. Natuurlijk kan het aan mij liggen en zie ik eerder de pijn en de zorgen dan de vreugde en hoop op iemands gezicht. Toch heb ik het gevoel dat we dat we zelfs in onze vrije tijd plichtmatig een rol vervullen en we de rust, blijdschap en kracht kwijt zijn die ons leven energiek, sterk, blij en hoopvol zou kunnen maken. Wat ik daarom zou willen is dat we als kinderen van God wat meer zouden stralen, we elkaar zouden laten zien dat juist door het kerstfeest het leven de moeite waard is en we hier en nu een hoopvolle toekomst kunnen zien.